Nationaal Landschap Het Groene Woud

Nationaal Landschap Het Groene Woud heeft een oppervlakte van 35.000 hectare en bevindt zich tussen de steden ’s-Hertogenbosch, Eindhoven en Tilburg. In het hart van Het Groene Woud ligt Liempde, precies tussen de steden ’s-Hertogenbosch en Eindhoven. Het landschap van Het Groene Woud is zo uniek dat de nationale overheid het gebied in 2005 uitriep tot Nationaal Landschap. In totaal dragen twintig gebieden in Nederland deze titel. Die twintig Nationale Landschappen vormen de visitekaartjes van het landelijk gebied.

In Het Groene Woud liggen tien gemeenten. Centraal ligt de ‘natuurkern’: 7500 hectare bestaande uit bossen, moerassen, heide en agrarisch populierenlandschap. In combinatie met het omliggende cultuurhistorisch waardevolle landschap biedt Het Groene Woud een unieke mix van natuur, cultuur en vermaak. Het gebied, dat haar naam kreeg in 1998, geeft mensen de mogelijkheid om naast het drukke stadleven te genieten van het vele groen en grote landschappelijke diversiteit.

De natuurkern
Het Groene Woud bestaat uit een dekzandgebied waar van noord naar zuid de beekdalen van de Dommel, de Beerze, de Reusel en een deel van de Aa doorheen lopen. Zeven grotere natuurgebieden vormen samen de natuurkern van Het Groene Woud. Dit zijn de Oisterwijkse Bossen en Vennen, Kampina, Banisveld, De Mortelen, Landgoed Velder, De Scheeken, het Dommeldal en De Geelders. De gebieden Landgoed Velder, De Scheeken, Dommeldal en De Geelders liggen deels in Liempde.