Bezienswaardigheid Kapelstraat 22
Bij de restauratie van dit hallenhuis in 1983 is een zilveren stuiver van de stad Utrecht gevonden die tussen 1580 en 1600 geslagen is, wat er mogelijk op duidt dat het perceel al vroeg bebouwd is. Het huidige bouwwerk dateert waarschijnlijk uit de zeventiende of achttiende eeuw. Het exacte bouwjaar is niet bekend. De woonboerderij heet 'De Vonder'. Een vonder is een brug over een slootje, zoals er een naast de boerderij ligt. De naam stamt uit de Eerste Wereldoorlog, toen ingekwartierde soldaten tijdens de mobilisatie de weg niet kenden en de hoeve 'die boerderij met de vonder' noemden.
In 1857 komt de familie Van Lieshout in de boe…
Bij de restauratie van dit hallenhuis in 1983 is een zilveren stuiver van de stad Utrecht gevonden die tussen 1580 en 1600 geslagen is, wat er mogelijk op duidt dat het perceel al vroeg bebouwd is. Het huidige bouwwerk dateert waarschijnlijk uit de zeventiende of achttiende eeuw. Het exacte bouwjaar is niet bekend. De woonboerderij heet 'De Vonder'. Een vonder is een brug over een slootje, zoals er een naast de boerderij ligt. De naam stamt uit de Eerste Wereldoorlog, toen ingekwartierde soldaten tijdens de mobilisatie de weg niet kenden en de hoeve 'die boerderij met de vonder' noemden.
In 1857 komt de familie Van Lieshout in de boerderij wonen. Jan van Lieshout, de schoonvader van de huidige eigenaar Toon van Acht, is in de boerderij geboren. Drie van zijn vrijgezelle broers, Driek, Dorus en Marinus, woonden jarenlang samen in de hoeve. In 1929 is het pand door hen verbouwd.
In de jaren tachtig van de twintigste eeuw komt de boerderij in handen van de dochter van Jan van Lieshout en haar man, Toon van Acht. Tijdens restauratiewerkzaamheden in 1983 is de zilveren stuiver gevonden die verborgen lag in het oude gebint, daar waar jarenlang een linnenkast voor stond.
Aan de rechterzijde van de boerderij heeft vroeger nog een kleine woning gestaan, waar een weduwe met zoon of knecht heeft gewoond.
De hele kapconstructie van de boerderij steunt op de eikenhouten gebinten. Ook de pinnen, die de gebinten aan elkaar koppelen, zijn van eikenhout. De geut sloot vroeger waarschijnlijk aan op de voorvloer. De voorvloer is verbouwd tot slaapkamer en keuken. Het interieur is waar mogelijk intact gelaten. Aan weerszijden van de schouw staan twee togen; rechts een provisiekast, links een ijzeren toog met een stookgat voor de sopketel in de stal, omdat daar het vuur niet mag komen. De bakoven, die naast de schouw stond, is verplaatst naar het bijgebouw. De oorspronkelijke kelder en opkamer zijn nog aanwezig.
De boerderij heeft een met riet en pannen gedekt wolfdak. Naast het pand ligt de schuur die nog intact is gebleven. Voor de schuur staat een oude waterput. Eerder al stond er een oudere put recht voor de voordeur van de boerderij, op zo’n drie meter afstand. Dit was om bij inbraak te voorkomen dat de deur met zwaar materieel werd ingebeukt. ‘Deze put was er het allereerst, want vroeger was het altijd: eerst de put, dan de boerderij', aldus van Acht. Toon van Acht is in 2019 overleden. Het stal- en schuurgedeelte is inmiddels omgebouwd tot woonhuis.
Inmiddels heeft de boerderij weer een nieuwe eigenaar en is het pand in 2022 compleet gerestaureerd.
Tekst bij foto
Het hallehuis is een kortgevel boerderijtje ook weleens als overgangstype wordt aangeduid. De voordeur bevindt zich nog in de korte gevel terwijl de boerderij een langgeveluitbouw heeft. De potstaldeuren en de hoge deeldeuren bevinden zich in de lange gevel aan de straatzijde. De boerderij heeft nog een volledig ankerbalkgebint (8 stuks). Aan het gebint en de telmerken is te zien dat de boerderij in het verleden mogelijk is verlengd of aangepast. De boerderij heeft een met en riet en pannen gedekt wolfsdak.
Bronnen
· Gesprek met eigenaar Toon van Acht, d.d. 30 november 2011.
· Historische boerderijen in Brabant. Redactie: Huub Oome. Boerderijenstichting Noord-Brabant, 1999. ISBN 90-66570-71-7.
Boerderijbeschrijvingen. Stichting Kèk Liemt, 1998.